“De klank van een mannenkoor raakt me tot in m’n ziel”

Je kunt niet vroeg genoeg beginnen met dirigeren. Martin Zonnenberg nam die uitdrukking wel heel letterlijk. Hij stond op 12-jarige leeftijd al voor koren en had als kind al interesse in ‘het koninklijk instrument’: het orgel. Tegenwoordig leidt de dirigent, pianist, organist en componist diverse koren, waaronder het Chr. Sliedrechts Mannenkoor ICHTUS.

Waar andere jongens om hem heen droomden van werk als politieman, politicus of acteur, wist Martin Zonnenberg het al vroeg. Hij wilde orgel studeren. De plannen pakten anders uit maar leidden uiteindelijk tot een veelzijdig takenpakket. Martin (getrouwd met fluitiste Marjolein de Wit) is organist in Sliedrecht en Nieuwpoort en combineert dit met componeren en arrangeren en met het verzorgen van muziekredactie voor het tv-programma ‘Nederland Zingt’. Al sinds de oprichting is hij dirigent van het Chr. Sliedrechts Mannenkoor ICHTHUS. Daarnaast dirigeert hij het Kleinkoor Concertino en een aantal projectkoren. Martin is bovendien organist van het monumentale Naberorgel in de Grote Kerk te Sliedrecht. In 2016 was hij juryvoorzitter voor de wedstrijd ‘Beste organist van Nederland’, georganiseerd door het EO magazine Visie en Nederland Zingt.

Wie gaat zoeken in het oeuvre van Zonnenberg, komt al snel uit bij verschillende instrumentale arrangementen. Als componist schreef hij o.a. een Missa Brevis voor en het Kerstoratorium ‘Licht en Vrede‘, naast talloze composities voor koor, orkest en diverse bezettingen. In zo’n kluwen van taken en veelsoortig geluid doemt de vraag op: wat maakt volgens Martin een mannenkoor onderscheidend?

De klank van een mannenkoor raakt me tot in m’n ziel” antwoordt hij. “De breedte, de warmte en sfeer, maar ook de werklust van zoveel mannen inspireren me.

Het statement begrijp je beter bij het horen van bijvoorbeeld het Chr. Sliedrechts Mannenkoor ICHTHUS, dat maar liefst 170 leden telt. Het is een contrast met de duo’s die Martin regelmatig vormt; samen met zijn vrouw Marjolein, maar ook met collega Martin Mans.